Deze cursus is het tweede deel van level A1. Je werkt aan de volgende onderwerpen: demonstratieven, nominale frasen, ‘hebben’, ‘willen, ‘gaan’, ‘houden van’, spreken over hobby’s en vrije tijd, reserveren en bestellen in een Arabisch restaurant en tijdgerelateerde onderwerpen in het Arabisch: klokkijken, afspraken maken, roosters controleren en uitdrukken wanneer iets plaatsvond. De nadruk van deze cursus ligt op het Levantijns-Arabisch, maar de cursist wordt aangemoedigd om zowel het Levantijns als het Modern Standaard Arabisch te leren begrijpen. Actieve deelname van elke cursist is vereist om te kunnen oefenen met het spreken van Levantijns-Arabisch en om interactieve spelletjes te kunnen spelen in de les.

Cursusdoelen: aan het eind van de cursus heb je het equivalent van niveau A1 van het ‘Common European Framework of Reference for Languages’ bereikt. Dit betekent dat je:

• eenvoudige dagelijks uitdrukkingen kunt begrijpen en gebruiken en eenvoudige zinnen kunt maken met het doel concrete behoeftes te bevredigen.
• je je in dagelijkse situaties gemakkelijk uit kunt drukken met werkwoorden als ‘hebben’, ‘willen’ en ‘houden van’
• interacties aan te gaan, zolang de andere persoon bereid is langzaam en duidelijk te spreken en hulpvaardig is.

Wat je al moet kunnen om te kunnen deelnemen aan deze cursus:
• het Arabische schrift (langzaam) lezen en woorden spellen in het Arabisch
• bekend zijn met de bezittelijke vorm, de demonstratieven, de Arabische getallen en de tijd.

Huiswerk: leeswerk, luister- en schrijfoefeningen worden opgegeven als huiswerk. Houd rekening met 3-4 uur huiswerk per week.