Deze groep volgt al zes jaar een cursus Italiaans bij Taalhuis

Il supergruppo leert al zes jaar samen Italiaans bij ons

Eerder dit jaar spraken we af met las empollonas, een klein groepje cursisten dat al jaren Spaans bij ons volgt en inmiddels is opgeklommen tot C1-niveau. Bij de afdeling Italiaans hebben we een soortgelijk clubje, genaamd il supergruppo, dat zes jaar geleden al voor het eerst les kreeg van Francesca Alioto. Ze begonnen destijds bij Studiolingua, de Italiaanse taalschool waarvan Taalhuis Amsterdam sinds 2018 de activiteiten voortzet, en vier leden van de oorspronkelijke klas komen nog altijd elke dinsdagavond samen voor hun wekelijkse portie Italiaans.

 

De suppergruppo zit inmiddels op C2-niveau. Na een van hun lessen spraken we ze over hun herinneringen aan de afgelopen jaren, de reizen naar Italië die ze nog altijd ieder jaar maken en de projecten die ze bij Taalhuis Amsterdam hebben gedaan – van een bezoek aan de opera tot het interviewen van een Siciliaanse journalist die gespecialiseerd is in de maffia.

 

Waarom zijn jullie destijds begonnen met Italiaans leren?
Peter:
Op de universiteit had ik al een bijvak Italiaans, maar toen ik daarna ook Spaans leerde zakte dat nogal weg. Toen ik later een keer in Rome was, bracht ik een broek naar de stomerij, en wilde ik zeggen dat er geen vouw in mocht. Ik kwam totaal niet uit mijn woorden, en daar ergerde ik me zo aan dat ik besloot om weer een cursus Italiaans te volgen.
Jan: Weet je nu wel hoe je het zegt?
Peter: Senza piega!
Anneliek: Ik vond Italiaans altijd al een mooie taal en ging er vaak op vakantie, en op een gegeven moment ben ik lessen gaan nemen.
Machteld: Italië is ook mijn favoriete vakantieland, en mijn beste vriendin is getrouwd met een Italiaanse man. Ik begon samen met mijn man met een week Italiaanse les in Rome, en daarna ging ik in Nederland door, maar het was vaak heel schools en met Nederlandse docenten. Toen kwam ik via een collega bij Studiolingua terecht, met Francesca als docent. En dat was best verfrissend.

 

Op welke manier?
Machteld:
Er werd alleen Italiaans gesproken en er werd van je verwacht dat je actief meedeed in de les, in plaats van alleen maar grammaticaregels op te dreunen. Ik hield wel van een beetje tempo, en dat heeft zij heel erg. Mijn man was inmiddels afgehaakt, maar ik bleef hangen. En voordat je het weet ben je vijf jaar verder. Ik wist niet dat ik zo lang zou blijven, maar je denkt steeds: ik doe nog wel een jaar.
Peter: En op een gegeven moment denk je ook: nu ben ik toch bezig, nu wil ik het echt goed kunnen.
Machteld: Ik ben ook wel een grammaticanerd. Ik hou van huiswerk maken.
Jan: We zijn best ijverig. Toen ik hiervoor op een andere plek Italiaans leerde vond ik het er vrij traag aan toegaan. Na wat googelen kwam ik hier terecht, en ik schrok me in de eerste les echt kapot. Een wild gebarende Siciliaanse die geen woord Nederlands sprak, toen in elk geval niet, en heel direct met iedereen interacteerde.
Anneliek: We hebben in al die jaren best rare dingen gedaan. Gerend, gezongen.
Peter: Naar het bord rennen om als snelste het goede antwoord op te schrijven.

 

Wat vinden jullie zo fijn aan Taalhuis, dat jullie er al zo lang zitten?
Machteld:
Je krijgt les van native speakers, dat vind ik subliem.
Jan: Ja, dat is voor mij een reden om hier te blijven.
Peter: Ik zou wel misschien wat vaker gecorrigeerd willen worden. Ik hoor graag meteen wanneer ik een fout maak.
Machteld: Op dit niveau vind ik het inderdaad wel fijn om een beetje op de vingers getikt te worden. Maar op een lager niveau vind ik het ook juist prettig als je niet helemaal doodgecorrigeerd wordt; dan durf je meer te praten. Je gaat er makkelijker van kletsen.
Anneliek: Het is ook een voordeel dat onze groep zo klein is. Als we nog met acht waren geweest was ik denk ik al afgehaakt.
Machteld: Ik vind deze boeken ook leuk; ze zijn alleen in het Italiaans. Toen ik als beginner bij een andere school zat hadden we een Nederlandstalig boek, dat nodigde best uit om in de les Nederlands te praten. Daar kreeg ik een beetje een middelbareschoolgevoel van. Dat is ook iets wat ik van Francesca heb geleerd: je moet absoluut niet vanuit het Nederlands redeneren. Het is een andere taal, en de grammaticaregels kun je niet één op één met elkaar vergelijken.

 

Over boeken gesproken: jullie hebben net Carlo Guastalla geïnterviewd, de auteur van jullie boek Nuovo Magari C1/C2. Wat hebben jullie zoal opgestoken?
Jan:
Hij had wel een aardig verhaal over dat je niet zomaar al het materiaal kunt gebruiken dat je zou willen, omdat je vaak rechten moet afkopen. Je kunt niet ieder stukje uit de krant, filmfragment of liedtekst in het boek verwerken. Daar had ik nooit zo bij stilgestaan.
Peter: We hebben vorig jaar ook een interview met een Siciliaanse journalist gehouden [Francesco Viviano] over de maffia, dat hadden we wekenlang voorbereid.
Anneliek: Het interview met de auteur was een minder groot project – we hoorden het een week van tevoren. We hebben ons ook wekenlang voorbereid op de opera waar we naartoe zijn geweest, Tosca.

 

Wacht, eerst nog even dat interview over de maffia. Hoe kwam dat tot stand?
Anneliek: Dat was ook een thema in het boek. Jij kende hem via via, toch Peter?
Peter: Ja. We moesten een presentatie over de maffia houden en die van mij ging over een van zijn boeken.
Machteld: En toen was het Francesca’s idee om hem vervolgens ook te interviewen, via Zoom.
Anneliek: Het was heel grappig, het was een wat oudere man en het ging in het begin ook een beetje mis, de camera stond op zijn buik. Maar het was erg leuk.
Machteld: Hij was heel gevleid, maar hij zei ook wel dat hij het van tevoren wat spannend vond. Hij had helemaal geen ervaring met interviews.

 

Wat hebben jullie hier zelf uitgehaald?
Anneliek: Het voelt extra echt als je Italiaans praat met iemand die daar zit. En hij snapte ons ook gewoon, dus dat geeft wel een goed gevoel.
Jan: Het komt niet zo vaak voor dat je in het Italiaans zo’n inhoudelijk gesprek voert. Hij is ook heel begaan met het onderwerp en stelde zich kwetsbaar op; hij was al een keer in de problemen gekomen omdat hij openheid van zaken had gegeven over misstanden. Dat emotioneerde hem ook wel. Het was een heel mooi uurtje.
Machteld: Hij was ook heel begaan met vluchtelingen die naar Lampedusa gingen. Daar heeft hij ook boeken over geschreven.
Peter: Hij kende ook veel mensen persoonlijk, zoals een rechter die vermoord was. Dan komt het ineens heel dichtbij.

 

En wiens idee was het om naar de opera te gaan?
Anneliek:
Peter, hij had ook alles geregeld.
Peter: Ik zag dat het eraan kwam en wilde er zelf sowieso heen. Toen vroeg ik of de rest het ook leuk zou vinden.
Jan: We hadden ons er van tevoren flink in verdiept: in de tijd waarin het zich afspeelt, maar ook waar het verhaal vandaan komt.
Machteld: Het is echt leuk om naar de opera te gaan als je zo goed voorbereid bent. We hadden de aria’s al in meerdere versies gehoord en kenden de tekst, dan haal je er veel meer uit. Dan focus je je echt op hoe ze het doen en met welke nuances. Ik had eerder opera’s gezien die vrij bombastisch waren, ook een beetje té. Dit was juist vrij minimalistisch, het kwam subtieler over.
Anneliek: Veel moderner.
Machteld: Het leek alsof ze de libretto wat hadden aangepast. Het was een ouderwetse tekst, maar het maakte toch een frisse indruk.
Jan: Ze hadden het scenario wat gemoderniseerd, ja. Het is ook wel een dramatisch verhaal, want alle hoofdpersonen gaan dood. Dat was wel wat plastisch.
Machteld: Maar ook weer subtiel, het was niet té.
Anneliek: Nou, dat met die vingers, en dat bloed?
Jan: Er komt ook een martelscène in voor, maar dat was wel een beetje met een knipoog. In de opera is het normaal gesproken statisch, je ziet het van een afstand. Maar hier was het vrij aanschouwelijk.
Anneliek: We hebben al kaartjes voor de volgende opera in december: Turandot, ook van Puccini.

 

Hebben jullie als doorgewinterde taalcursisten nog goede tips voor mensen die een cursus Italiaans willen volgen?
Machteld:
Ik hou veel van lezen, dus dat heb ik ook veel gedaan. Van die simpele boekjes op A1-niveau, met definities van lastige woorden onderaan de pagina.
Jan: Films kijken, met Italiaanse ondertiteling. Je kan op tv ook RAI Uno kijken met ondertiteling. Dat is ook wel snel te volgen.
Machteld: Ik heb ook veel muziek geluisterd – Lucio Battisti zong bijvoorbeeld heel duidelijk. Voor mij blijven er dan altijd zinnen hangen, en losse flarden als quanti anni hai?, wat toch een heel andere vorm is dan in het Nederlands. Ik heb ook veel gehad aan van die apps waarbij je iets moet nazeggen. Dat zet ik dan aan als ik in de auto zit.

Jan: En radio luisteren, zo wen je aan de taal en gaat het in het gehoor liggen, ook al snap je de helft niet. In het begin dan tenminste, want later kun je het gewoon verstaan. En nieuws kijken, daar wordt ook duidelijk gepraat.
Machteld: In het begin heb ik ook naar Friends gekeken, in het Italiaans ingesproken en ondertiteld. Dat kon ik best makkelijk volgen, omdat ik al een beetje wist waar het over ging en het een vrij eenvoudige verhaallijn is.
Jan: Ik laat de anderen trouwens even weten dat we iets later zijn.

 

De anderen?
Anneliek:
We gaan zo even met onze reisgenoten de reis voorbespreken, want we gaan bijna naar Lecce. Het is ons jubileum, de vijfde reis alweer.

 

Leuke traditie! Hoe is dat ontstaan?
Machteld: Jan begon er geloof ik mee, hij is een beetje de capo van de groep.
Jan: Toen nog niet hoor, haha. Ons eerste reisje was een lang weekend naar Napels. We gingen er vrijdagochtend heel vroeg heen, en zondagavond weer terug.
Machteld: We waren toen met z’n achten, denk ik?
Anneliek: Eerst Napels, daarna Bari, Bologna, Turijn. En nu Lecce. En volgend jaar Genua!

 

Hebben jullie een beetje een vaste rolverdeling?
Anneliek:
Ja, ik zoek altijd de gids uit, met rondleidingen in het Italiaans.
Peter: Ik mag altijd wel graag de restaurants uitzoeken.
Machteld: Ik regel de taxibus!
Jan: En ik zorg ervoor dat de reis geboekt wordt en iedereen doet wat hij moet doen.
Machteld: We gaan ook met vier mensen die niet meer in deze groep zitten; die hadden op een gegeven moment geen tijd meer om lessen te volgen, maar gaan wel nog mee met het schoolreisje.

 

Hun Italiaans is zeker niet zo goed als dat van jullie.
Machteld:
Nou, met een biertje op komen zij er ook wel doorheen.
Peter: Toen we terugkwamen uit Bologna realiseerde ik me dat het enige Italiaans dat ik gesproken had anche per me was.
De rest: Hahaha.

 

Francesca zou trots op je zijn.
Machteld:
De eerste keer dat we een Italiaanstalige gids zochten moesten we trouwens wel erg ons best doen. Hij sprak meteen in het Engels terug, waarop wij zeiden: nee, we willen dat je in het Italiaans praat. Toen riep hij verbaasd tegen de andere gidsen: deze groep wil in het Italiaans!

 

Grazie mille!

icon_mail icon_phone facebook twitter instagram linkedin youtube curl icon_location icon_close icon_clock icon_calender icon_arrow-black icon_arrow-white dropdown icon_min icon_plus placeholder books France_02 calendar clock location Created with Sketch.